De vraag of God bestaat, is volmaakt irrelevant en ik begrijp werkelijk niet waarom mensen zich daarover al zovele eeuwen het hoofd breken. Relevant is slechts deze vraag: gesteld dat God wél bestaat, horen wij hem te dienen? Het antwoord is eenvoudig ‘nee’. In zijn veronderstelde volmaaktheid immers, had hij de kans en de keuze om ook zijn schepping te vervolmaken. Dat deed hij – willens en wetens – niet. Hij koos ervoor de mens af te schepen met tekortkomingen zoals jaloezie, ontrouw, heerszucht, et cetera, om ons vervolgens te verwijten dat wij jaloers zijn, ontrouw, en heerszuchtig en wat niet al.
Heeft u een hond? Speel dan God: breek hem alle vier de poten en schop ‘m vervolgens de kamer door omdat hij het vertikt mee uit wandelen te gaan. Dat is het sadistische goddelijke spel waaraan wij allen ten prooi zijn gevallen indien een almachtige schepper ons daadwerkelijk heeft geschapen. Bestaat God niet: alles zij hem vergeven. Bestaat Hij wel: heel gemeen Baasje!