
Dit is de tekst van een artikel dat ik schreef voor Volkskrant Magazine
Jarenlang had ik fanatiek plastic gescheiden van het andere afval. Geen enkele onachtzaamheid van mijn gezinsleden dienaangaande had ik door de vingers gezien, met discussies op de rand van huiselijk geweld ten gevolg. Totdat het Centraal Planbureau in oktober vorig jaar daar abrupt een eind aan maakte: ‘Gescheiden inzameling van plastic is zinloos.’
Het was de zoveelste deuk in mijn geloof dat ik met mijn dagelijkse doen of laten enig verschil kon maken voor milieu en klimaat. Misschien was de aarde gewoon reddeloos verloren. Maar enkele weken later zag ik de Netflix-documentaire-hit Cowspiracy (2014) die mij duidelijk maakte dat ik juist zeer veel kon doen om de wereld te redden: stoppen met vlees eten. Ja, zo simpel lag de zaak, want vlees eten bleek de bron van nagenoeg alle kwaad. Jeetje! Moest ik nu dan vegan worden? Zoals de tienduizenden die mij na het zien van die film waren voorgegaan? Poeh.
Ik ben een man van goede wil die het beste voorheeft met alles en iedereen. Met mijzelf, om te beginnen, maar ook met mijn medemens en mededier, met de planeet waarop wij leven en met alle andere planeten groot en klein. Maar ik moet ook eten. Liefst lekker. En omdat ik vlees lekker vind, eet ik vlees. Niet alle dagen hoor, gemiddeld drie keer in de week. Bewust van het milieuprobleem dat aan vlees eten kleeft, ben ik anderhalf jaar geleden gestopt met het eten van overzees rundvlees. Het was inmiddels wel tot mij doorgedrongen dat je met het bereiden van Prime USA Grain Fed briskets in je Green Egg nou niet bepaald behulpzaam bent bij het terugdringen van de CO2-uitstoot. Sindsdien eten we thuis uitsluitend nog rundvlees van de Nederlandse dubbeldoelkoe. Direct van de boer verkrijgbaar en meer en meer ook bij de ‘betere slager’ en in de groothandel. Zonder enige discussie, want ieder smult ervan.
Die dubbeldoelkoe is geen ras. De naam is in de jaren zestig van de vorige eeuw bedacht voor iets wat toen volstrekt normaal was in ons land en op het punt stond te verdwijnen: je houdt koeien voor hun melk én hun vlees. De specialisatie op het ene of het andere doel, melk of vlees, heeft ons nagenoeg vleesloze melkkoeien (Holstein Friesian) gebracht die waanzinnig veel melk produceren en vleeskoeien die haast bezwijken onder hun eigen gewicht. De oude dubbeldoelrassen, zoals de eens wereldwijd vermaarde Friese Hollandse, de Groninger Blaarkop, de Witrik of de Lakenvelder, zijn nu met uitsterven bedreigd. Maar de boeren die wel met dubbeldoelkoeien werken, hebben de Rintje Ritsma onder de runderen in huis. De schaatser won nooit een afstand op de Olympische Spelen, maar hij werd wel viermaal wereldkampioen en zesmaal Europees kampioen allround. De dubbeldoelkoe geeft als allrounder minder melk dan de melkkoe en minder vlees dan de vleeskoe maar ze verslaat ze allebei ruimschoot op duurzaamheid.
Toch niet goed, die dubbeldoelkoe? De feiten die Kip Andersen in Cowspiracy presenteerde, leken weinig ruimte te laten voor het nuttigen van welk vlees dan ook. Dat immense waterverbruik! Die gigantische CO2-uitstoot! Het verlies aan biodiversiteit, de dead zones in de oceanen, ga zo maar door, het viel allemaal op het conto te schrijven van de veeteelt. Ik veranderde in een schuldbewuste vleeseter en dat at toch niet lekker meer. Terwijl ik vlees knaagde, knaagde het vlees ook steeds meer aan mij. De beantwoording van de vraag verdroeg geen uitstel meer: moet ik vegan worden?
Terwijl ik vlees knaagde, knaagde het vlees ook steeds meer aan mij.
Vooropgesteld: geen moment, ook niet toen ik Cowspiracy voor ’t eerst zag, heb ik de centrale boodschap van de film geloofd. Er is geen wereldwijde samenzwering gaande, geen conspiracy rondom cows, om het ware en immense kwaad te verdoezelen dat vlees eten aanricht. Het is te absurd voor woorden om te stellen dat alle NGO’s, alle overheden en alle wetenschappers ter wereld – behalve natuurlijk die paar goede die in de film aan het woord komen – onder één hoedje spelen. En Cowspiracy levert daar ook geen enkel bewijs voor.
Mensen die beweren dat de Amerikanen zelf 9/11 in scene hebben gezet, dat zijn natuurlijk malle complotdenkers. Maar hun complottheorie verbleekt toch echt bij wat Kip Andersen ons voorschotelt. In de vervolgfilm What the Health (2017) ‘blijkt’ ook de wereldwijde gezondheidszorg in het complot betrokken. Kip Andersen (in Vrij Nederland, 2017): ‘Onze (over)consumptie van vlees en zuivel houdt een belangrijk verband met hartziektes, diabetes en kanker, ze is zelfs de nummer één veroorzaker. En als je een van die ziektes krijgt, krijg je medicijnen voorgeschreven of behandelingen. Daarmee kom je in het medische circuit terecht voor de rest van je leven. Daar verdienen sommige bedrijven miljoenen mee.’
De hele vleesetende wereldbevolking (in Nederland eet 96 procent van de mensen vlees) wordt dus ziek gemaakt en gehouden met dierlijk voedsel zodat de farmaceuten geld aan ons verdienen. Aha. Maar waarom heeft geen enkele journalist dat dan ooit ontdekt en onthuld? Andersen: ‘In Amerika is de farmaceutische industrie de grootste adverteerder in de media.’ Juist, vandaar! Dan mogen we het advertentie-onafhankelijke Netflix wel heel dankbaar zijn dat ze die dappere Kip Andersen in de gelegenheid hebben gesteld om ons eindelijk de waarheid te vertellen.
Schei toch uit! Als ik vroeger op een verjaardagspartijtje een tipsy oom zulke kwatsch hoorde verkondigen, dan hield ik wijselijk mijn mond. Dat moest van moeder, want van weerwoord kwam alleen maar ruzie. Maar het podium van Kip Andersen beperkt zich niet tot verjaardagspartijtjes. Zijn film wordt vertoond in het Europees Parlement en hij wordt uitgenodigd voor universitaire debatten.
De conclusie van Andersen – complot! – is te zot voor woorden, maar deugen zijn argumenten wel? Al die aanklachten tegen het eten van vlees die wereldwijd worden doorverteld, niet alleen door vegan bloggers en vloggers maar ook door de journalistiek, zijn die terecht?
Het bleek niet heel moeilijk om er een gaatje in te prikken. Een kilo vlees kost bijvoorbeeld geen 21.032 liter water, zoals Cowspiracy beweert. De uitspraak is een totaal onzinnige uitvergroting van de Amerikaanse situatie waar droogte irrigatie vereist om het veevoer te produceren. Maar de Nederlandse dubbeldoelkoe is absoluut geen watergrootverbruiker. Die drinkt vooral oppervlaktewater uit sloten of plassen, gemiddeld 100 liter per dag en op hete dagen misschien 150 liter. En het regenwater dat het gras doet groeien dat die koe eet, verdampt gewoon weer en valt elders opnieuw uit de lucht. Zelden tot onze vreugde.
Prik, nog een gaatje: de wereldwijde veehouderij is absoluut niet verantwoordelijk voor 51 procent van alle menselijke uitstoot van broeikasgas. Selectief bloemlezend uit onderzoeken koos Andersen ervoor om dit percentage te gebruiken en niet die veel minder indrukwekkende 18 procent uit een VN-rapport (Livestock’s Long Shadow, 2006) waarop hij zich elders wel baseert. Die 18 procent is inmiddels bijgesteld naar 13 procent. Volgens de actuele cijfers van het Compendium voor de Leefomgeving genereert de gehele landbouwsector in Nederland ongeveer 10 procent van alle broeikasgas dat we uitstoten. Daarvan valt ruim 8 procent toe te schrijven aan de veeteelt. De uitstoot daalt al jaren, maar zal nog verder moeten worden teruggebracht.
Nog eentje: het verwijt dat een koe zo waanzinnig veel grond nodig heeft om te grazen… ook totaal niet van toepassing op een koe in de Beemster of waar dan ook in Nederland. Bovendien: waarom gebruiken koeien op sommige plekken zoveel land om te grazen? Omdat het er gortdroog is en er nauwelijks iets eetbaars wil groeien. Het is onzin om de veehouderij het gebruik van grond aan te wrijven als die grond door de bodemgesteldheid, de klimaatomstandigheden of om welke reden dan ook niet geschikt is voor andere doeleinden.
In de berekeningen van alle reducties die we zouden genereren door te stoppen met vlees eten ‘vergeet’ Andersen steevast dit: hoe schoon zijn de alternatieven? Gaan we vlees door rijst vervangen? Beter van niet, want de rijstteelt is nu al verantwoordelijk voor een vijfde deel van de mondiale uitstoot van methaangas en dat neemt steeds verder toe. Groenten in plaats van vlees? Wel uitkijken dat je geen kasgroentem zit te kauwen, want zo’n tachtig procent van alle CO2-uitstoot in de Nederlandse landbouw komt voor rekening van plantaardig voedsel in onze glastuinbouw. Toch maar liever quinoa eten, die luidbejubelde superfood? In Bolivia en Peru veranderen de hooglanden in woestijnen door al die quinoa-akkers. Het leidt tot uitputting van de bodem, erosie, een verstoorde waterhuishouding en verregaande aantasting van de graasgebieden van de lama’s. Daarmee ligt zelfs het dierenleed weer op het bordje van de vegan. En niet te vergeten: de wereldhonger, want de straatarme mensen aldaar voor wie quinoa altijd een cruciaal onderdeel was van de voeding kan zich het spul niet meer veroorloven.
Dit alles gezegd hebbende: de wereldwijde veeteelt heeft wel degelijk een forse impact op het milieu en het klimaat. En omdat de vraag naar vlees de komende decennia nog fors zal stijgen als gevolg van de vleeshonger in opkomende economieën, zal die veeteelt aanzienlijk minder belastend moeten worden.
Het zou een enorm verschil maken indien in de totstandkoming van de prijs die de boer krijgt voor het geslachte dier de ‘bevleesdheid’ niet meer zo’n grote rol zou spelen. Nu krijgt het vlees van de Belgische dikbil volgens het Europese SEUROP-systeem vrijwel standaard de classificatie S van Superior. Die dikbil is zo extreem gespierd dat het kalf niet eens meer door het geboortekanaal past en uitsluitend nog met een keizerssnede ter wereld kan komen. Het vlees van de traag groeiende Lakenvelder dubbeldoelkoe heet daarentegen Poor. Daarmee levert die dikbil niet alleen veel meer kilo’s vlees, maar elke kilo is ook nog eens twee euro meer waard. Je bent dus wel gek als je Lakenvelders houdt en daarom is dit eeuwenoude Hollandse ras inmiddels een bedreigde diersoort. Maar ondanks die P van Poor, versloeg de Lakenvelder in 2013 alle beroemde vleesrassen tijdens een grote smaaktest waaraan tal van kenners deelnamen. Het vlees van de Lakenvelder werd verkozen boven Black Angus, Belgische Blauwe, Blonde d’Aquitaine, Limousin en Hereford en zelfs boven het vlees van de Wagyu.
Zolang bevleesdheid meer euro’s per kilo opbrengt, blijft het voor boeren aantrekkelijk om de koeien groter en groter te fokken. En daarin vooral zit de milieubelasting, want met alleen gras en hooi, het dieet van de Lakenvelder, lukt dat niet. Het moet voor boeren economisch weer aantrekkelijk worden om dubbeldoelkoeien te houden. Dat dit beter is voor het milieu, onderschrijft ook Theun Vellinga, expert op het gebied van dierlijke productiesystemen (Wageningen Universiteit) die onlangs in een wetenschappelijke publicatie een lans brak voor dubbeldoelkoeien. Het produceren van melk en vlees met hetzelfde dier levert gewoon een flinke reductie van de uitstoot van broeikasgassen op.
Jij kunt wel degelijk een wezenlijke milieubijdrage leveren door jouw vleesconsumptie aan te passen. Je hoeft geen vegan te worden, tenzij je het dierenleed niet langer verdraagt.
Allereerst: eet dubbeldoelkoe. Ten tweede: eet die koe helemaal. Eet vooral ook de minder courante delen als longhaas en middenrif, diamanthaas, bavette, ossenstaart, sukade, peeseind en meer van zulks. Ik beloof je: veel lekkerder dan een saaie ossenhaas. Je hoeft echt geen orgaanvlees te gaan eten, daar zijn we in Nederland nooit erg dol op geweest, maar iets minder eenkennig scheelt al heel veel.
Ten derde: eet kalfsvlees. Dat vind je misschien zielig, maar het niet eten van kalfsvlees voorkomt de slacht van 1,7 miljoen kalveren per jaar in ons land niet. Die kalveren zijn het onvermijdelijke bijproduct van de melkveehouderij. Om melk te kunnen produceren moet de koe nageslacht produceren. Elk jaar een kalf, dan blijft de melkkraan open. Als we onze kalveren gewoon opeten in plaats van exporteren, hoeven we aanzienlijk rundvlees uit het buitenland te importeren.
Ten vierde: eet eens een ander dier. Eet gans, eet geitenbok, eet duif.
Ten vijfde: eet ook eens wat vaker geen dier.
Lees ook: 10 Tips voor Onovertroffen Bereiding van Vlees